Zoeken
JOB-Lezing: De Wet DBA; model of geen model
Op dinsdag 31 mei 2016 verzorgt mr. B. (Boris) Emmerig de JOB-lezing: ‘De Wet DBA; model of geen model’. De lezing vindt plaats bij het Evoluon, Noord Brabantlaan 1A, 5652 LA te Eindhoven.
Uitspraak Raad van Tucht 24 mei 2016 (T353)
- Indien met een NOB-lid verschil van mening bestaat over wie precies zijn opdrachtgever of opdrachtgevers waren en wat de opdracht precies inhield, rust op het lid de bewijslast van de juistheid van zijn visie. Een schriftelijke opdrachtbevestiging is daarvoor de meest aangewezen wijze.
- Indien een NOB-lid bekend wordt met een controverse, moet het lid zich realiseren dat zich tegenstrijdige belangen kunnen aandienen en moet hij die mogelijke tegenstrijdige belangen en wiens belangen hij zal blijven vertegenwoordigen indien tegenstrijdige belangen zich voordoen met partijen bespreken.
- Indien een NOB-lid toezegt dat hij geen stukken aan een ander zal verstrekken, mag hij dat niet toch doen zonder eerst uitdrukkelijk terug te komen op die toezegging. Als een adviseur in eerste instantie voor meerdere partijen in harmonie werkt, moet hij als die harmonie niet meer bestaat, inzicht bieden in wat hij voor betrokkenen wel en niet kan doen en feitelijk zal doen. Dat hij in een controverse uit een oogpunt van geheimhouding (artikel 4 van het RBU) niet (meer) alle financiële en fiscale details van de een aan de ander kan laten zien, is juist, maar dat staat niet in de weg aan het bieden van inzicht als hierboven is bedoeld.
- Bij de beantwoording van de vraag of een lid een opdracht op een daartoe niet geschikt moment heeft neergelegd (artikel 11 van het RBU), is de reden dat het lid de opdracht wenst te beëindigen in beginsel niet van belang.
Brochure Taxpayer
Attached you can find the following document:
- Brochure Taxpayer
CFE Annual Report 2015
Attached you can find the following document:
- CFE Annual Report 2015
Uitspraak Raad van Beroep 18 mei 2016 (B 93) tegen de uitspraak van de Raad van Tucht 29 juli 2015 (T 327)
Geheimhoudingsplicht (artikel 4 Reglement Beroepsuitoefening). Het thuis beschikbaar hebben van informatie die onder de geheimhoudingsverplichting valt, levert als zodanig geen schending van de geheimhoudingsplicht op. Treft een lid binnen zijn kantoororganisatie of in de privésfeer onvoldoende maatregelen om de geheimhouding van cliëntinformatie te waarborgen, dan handelt hij in strijd met artikel 4 Reglement Beroepsuitoefening. Dat een lid aan een derde bekend maakt dat hij een declaratiegeschil met een cliënt heeft, kan voorts onder omstandigheden in strijd zijn met de eer en waardigheid van het beroep van belastingadviseur als bedoeld in artikel 1 van het Reglement Beroepsuitoefening.