U bent hier
Uitspraak Raad van Tucht 19 januari 2009 ( T 262)
Voorzitter: Van der Wind
Leden : Van Asbeck en Doeve
Griffier: Lokerse
- verrichte werkzaamheden buiten bereik van opdracht
De feiten
Klager is enig aandeelhouder van zijn praktijkvennootschap X B.V. en was door middel van deze vennootschap indirect aandeelhouder van een cliënt van Verweerder. Na het vervallen van het indirecte aandeelhouderschap is Verweerder de administratie van de X B.V. blijven verzorgen. Deze administratie werd verzorgd door de heer A, tevens werkzaam bij het kantoor van Verweerder. De heer A was directeur van X B.V. Tot 2005 was de heer A het aanspreekpunt voor zowel Klager als Verweerder. Vanaf 2005 heeft het kantoor van Verweerder de administratie overgenomen van de heer A.
Op 14 mei 2007 verzoekt Verweerder Klager hem de administratie van X B.V. te verstrekken om de jaarrekening te kunnen samenstellen. Klager antwoordt Verweerder op 16 juni 2007 dat hij de administratie niet heeft en dat Verweerder deze dient op te vragen bij de heer A. Tevens geeft Klager de wens te kennen X B.V. te liquideren danwel te verkopen.
Op 1 oktober 2007 stuurt het kantoor van Verweerder een factuur aan Klager. Klager vraagt vervolgens op 5 oktober opheldering omtrent deze factuur en herhaalt zijn verzoek tot verkoop of liquidatie van de vennootschap. De factuur bedraagt € 565,25 en ziet op werkzaamheden betreffende de controle van de aanslag vennootschapsbelasting 2004, het opstellen van de aangifte vennootschapsbelasting 2005 en enige fiscale advisering in 2005 en 2006.
Klager weigert de factuur te betalen en blijft vragen om verduidelijking van de factuur. Verweerder verstrekt eenmalig een nadere toelichting, doch die roept nieuwe vragen op bij Klager. Klager blijft daarnaast aandringen op liquidatie van X B.V. Op 4 februari 2008 stuurt Verweerder een laatste brief aan Klager met daarin een prijsopgave voor liquidatie van de vennootschap.
De klacht
Klager brengt een tweetal klachten naar voren:
1. Verweerder heeft werkzaamheden in rekening gebracht die niet binnen het bereik van de verstrekte opdracht vallen. Volgens Klager was de aanslagcontrole overbodig en heeft hij niet om fiscale adviezen gevraagd. De factuur is evenmin op behoorlijke wijze en binnen een redelijke termijn gespecificeerd. Verweerder heeft steeds de administratiestukken opgevraagd bij de verkeerde persoon.
2. Verweerder heeft het liquidatieverzoek met zeer grote vertraging behandeld, hetgeen geresulteerd heeft in extra kosten voor Klager.
Beoordeling van de klacht
Met betrekking tot de klacht omtrent het opvragen van gegevens door Verweerder heeft Klager erkend dat de heer A niet langer als aanspreekpunt fungeerde. De gegevens op basis waarvan jaarstukken moesten worden opgesteld ontbraken derhalve. Het feit dat Verweerder vervolgens gepoogd heeft de gegevens van Klager te verkrijgen kan hem niet tuchtrechtelijk verweten worden.
Verweerder erkent dat niet voortvarend is gereageerd op correspondentie van Klager. De Raad concludeert echter dat niet aannemelijk is gemaakt dat door deze vertraagde reactie schade is ontstaan aan de zijde van Klager. Vast staat dat X B.V. niet geliquideerd kon worden zonder de benodigde jaarrekeningen. Het was ook in Klagers belang om mee te werken aan de afronding van deze jaarstukken. Vertraging in deze procedure komt niet uitsluitend voor rekening van Verweerder. De Raad acht het handelen van Verweerder niet klachtwaardig.
Met betrekking tot de klacht omtrent de declaratie staat vast dat Verweerder de opdracht had om jaarrekeningen en de aangifte vennootschapbelasting te verzorgen. De Raad acht de declaratie van 1 oktober 2007 voldoende duidelijk gespecificeerd. De Raad acht de post 'fiscale advisering' evenmin onacceptabel in het licht van de voorgenomen liquidatie.
(volgt ongegrondverklaring van de klacht)