Vijf vragen aan voorzitter Bartjan Zoetmulder:‘NOB kiest voor brede, proactieve koers’

Op 21 juni koos de algemene ledenvergadering Bartjan Zoetmulder als nieuwe voorzitter van de NOB. Luttele uren na zijn benoeming sprak hij op het NOB-jaarcongres zijn intreerede uit. Welke koers gaat de NOB de komende jaren varen?  

Het NOB-bestuur is niet nieuw voor je?

‘Nee, ik ben al een vrij lange periode bestuurslid geweest – van 2008 tot 2016. Daarnaast was ik de afgelopen jaren, tot 2018, voorzitter van de kerngroep Nederland Investeringsland. Dus ja, ik ken de NOB goed en ik heb ook al vele contacten gehad met de externe partijen waarmee een beroepsvereniging als de onze anno 2018 te maken heeft: het ministerie van Financiën, de Belastingdienst, de Tweede en Eerste Kamer, het internationale bedrijfsleven, de EU en de OESO, de NGO’s en de pers. Het voorzitterschap is nieuw voor me, maar mijn bestuurlijke ervaring uit de jaren hiervoor gaat me zeker helpen.’

Je komt uit een fiscaal nest?

‘Ja, mijn vader was ook belastingadviseur en NOB-lid. Zelf heb ik fiscaal recht gestudeerd in Groningen. Afgestudeerd in 1993, dus ik zit vijfentwintig jaar in het vak. Ik werk bij Loyens & Loeff in Amsterdam als partner in de internationale vastgoedpraktijk. Of er nog een derde generatie Zoetmulder-fiscalisten komt is onzeker. Tot nu toe heeft geen van mijn drie opgroeiende zonen ambities in die richting uitgesproken. Maar ze hebben nog even – en ik wist het op hun leeftijd ook nog niet.’

De NOB waarvan je voorzitter bent geworden: typeer die eens?

‘Het is een vitale, actieve en breed opererende beroepsvereniging – die ook nog steeds groeit. Onze eerste taak is het behartigen van de belangen van de leden, met name op het gebied van opleiding, tuchtrechtspraak en beroepsregels. Maar dat woordje “breed” geeft al aan dat we meer doen. Intern werken we met een groot aantal gespecialiseerde vaktechnische secties, die alle ontwikkelingen op hun vakgebied nauwlettend bijhouden. Onze Commissie Wetsvoorstellen geeft al dertig jaar vlijmscherpe commentaren op fiscale wetsvoorstellen.  Daarnaast mengen we ons in het maatschappelijke en politieke debat over belastingen dat sinds een aantal jaren wordt gevoerd – en dat gaan we nog nadrukkelijker doen. Maar wel op onze manier: vanuit de inhoud en onze praktijkervaring. We stellen onze fiscale expertise ter beschikking aan iedereen die daaraan behoefte heeft. Daarbij zeggen we dus niet: dit is beter en dat is slechter. We zeggen wel: als je voor A kiest dan is B het gevolg.’ 

Heeft de maatschappelijke rol van de NOB ook consequenties voor de individuele leden?  

‘Ja. Het bestuur schrijft een uitgebreidere toelichting op het begrip “eer en waardigheid van het beroep” in het Reglement Beroepsuitoefening, onze Code of Conduct zogezegd. Hierin staat dat NOB-leden bij hun advisering ook maatschappelijke aspecten  met hun cliënten moeten bespreken. Dat is na al die tijd – de NOB bestaat 64 jaar – echt een gedenkwaardige stap.’

Een ‘bredere’ NOB betekent ook een ‘drukkere’ NOB. Is er voldoende capaciteit om dat op te vangen?

‘Op dit moment werken we met zo’n 350 actieve tot zeer actieve leden in onze besturen, secties en commissies. Maar als we onze activiteiten uitbreiden dan hebben we echt meer mensen nodig. Vandaar dus mijn oproep aan alle leden: overweeg eens of je een actieve bijdrage wilt leveren aan je beroepsvereniging. Je kunt bijvoorbeeld meedoen met een vaksectie of helpen commentaar te leveren op bepaalde fiscale wet- en regelgeving. Als je die ambitie hebt en er enige tijd voor kunt vrijmaken, meld je dan aan bij Angelique van Streepen, directeur Opleidingen, op het NOB-bureau.’ (a.van.streepen@nob.net).

De intreerede die Bartjan Zoetmulder op 21 juni uitsprak op het NOB-jaarcongres 2018 is te lezen op de website.