U bent hier

Vijf vragen aan hoogleraar Edwin Heithuis. ‘Regeerakkoord pakt slecht uit voor MKB-ondernemers’

23 maart 2018

Op 14 maart stuurde de NOB samen met drie andere beroepsorganisaties* de minister en de staatssecretaris van Financiën een brandbrief over de negatieve gevolgen voor het MKB van een aantal fiscale maatregelen uit het regeerakkoord Rutte III. Hoogleraar Edwin Heithuis, ook wetenschappelijk adviseur van BDO Belastingadviseurs, licht het waarom toe.

Belastingadviseurs zijn eensgezind: dit kan niet? 
‘We willen actie, want er dreigt een onevenwichtige en ook onrechtvaardige situatie te ontstaan. Het MKB wordt voortdurend neergezet als de motor van onze economie, maar als wat in het regeerakkoord staat echt doorgaat dan komt die motor er bekaaid af. IB-ondernemers met een winst hoger dan de eerste tariefschijf gaan er door de aanpassing van de MKB-winstvrijstelling nauwelijks op vooruit. Het loon van de dga wordt in box 1 weliswaar lager belast, maar dat geldt niet voor de overwinst in box 2. Bovendien zorgt het hogere box 2-tarief ervoor dat er bij uitkering fors meer betaald moet worden over winsten die de vennootschap in het verleden heeft gemaakt. Vergelijk dat alles eens met werknemers met loon uit dienstbetrekking: die gaan er gewoon flink op vooruit.’

Hoe zit het met die MKB-winstvrijstelling?
‘Die is in 2007 ingevoerd als tariefmaatregel die – omdat men niet wilde dat ook gewone werknemers ervan zouden profiteren – is vormgegeven als grondslagmaatregel, alleen bestemd voor IB-ondernemers. Dat lijkt tien jaar later vergeten. Nu schaart het kabinet deze aftrekpost op dezelfde lijn als de zelfstandigenaftrek en neemt die op in het voorstel om op alle IB-aftrekposten het box 1-tarief van 37 procent toe te passen. Met als consequentie dat IB-ondernemers niet of nauwelijks profiteren van de voorziene verlaging van het hoogste box 1-tarief van 52 naar 49,5 procent.’

De verhoging van het box 2-tarief van 25 naar 28,5 procent: hoe begrijpelijk is die?
‘Helemaal niet! Ook hier geldt dat men vergeten is naar de geschiedenis te kijken. In 2007, in de Wet werken aan winst, werd het Vpb-tarief flink verlaagd. Om het evenwicht tussen de IB- en Vpb-ondernemer te handhaven werd als tegenmaatregel de MKB-winstvrijstelling ingevoerd. Het box 2-tarief is toen dus niet verhoogd. Waarom nu dan wel? Zo’n verhoging ligt nu zelfs minder voor de hand dan toen, want nu wordt het algemene tarief in box 1 verlaagd naar maximaal 49,5 procent. Het evenwicht tussen de IB- en Vpb-ondernemer blijft daardoor globaal gehandhaafd – zoals wij in onze brief hebben laten zien. En dat wil het kabinet toch? Overigens is de box 2-tariefverhoging in verkiezingstijd nooit ter sprake gekomen. Die was er opeens tijdens de formatie, als een soort Pavlov-reactie: doen we het Vpb-tarief omlaag dan moet het ab-tarief omhoog. Nee, dat moet dus niet.’

Wat valt in de kabinetsplannen verder nog op?
‘Dat er niets wordt gedaan aan het grote verschil in belastingdruk over het ondernemersloon van de IB-ondernemer en dat van de dga. Dat verschil bestaat al sinds 2007  en is inmiddels 7 procentpunt groot. De aanbeveling die de Commissie Van Weeghel in haar rapport uit 2010 deed – dat de dga een aftrek arbeidsbeloning moest krijgen – is helaas nooit opgevolgd. Maar als het kabinet de fiscale neutraliteit tussen IB-ondernemer en dga serieus neemt dan moet het daar nu alsnog iets aan doen. Neutraliteit geldt immers niet alleen voor de belastingdruk op de overwinst, maar ook voor die op het loon.’    

De conclusie?
‘De NOB en de collega-beroepsorganisaties willen dat de kabinetsplannen in elk geval op drie punten worden aangepast. Eén: de MKB-winstvrijstelling moet in box 1 aftrekbaar blijven tegen het maximale tarief van 49,5 procent. Twee: het ab-tarief van box 2 moet 25% blijven en mag niet worden opgetrokken naar 28,5%. En drie: het grote verschil in belastingdruk tussen het loon van de IB-ondernemer en dat van de dga moet worden verkleind.’ 

* De andere organisaties zijn: Register Belastingadviseurs, Nederlandse Orde van Administratie- en Belastingdeskundigen, SRA.