U bent hier
Vijf vragen aan Bartjan Zoetmulder: ‘Lustrumjaar wordt een druk jaar’
De NOB, opgericht op 6 november 1954, viert in 2019 haar 65e verjaardag. Het lustrumjaar belooft een druk jaar te worden, zowel voor de NOB als voor belastingadviseurs in zijn algemeenheid, met veel ingrijpende wetgevende maatregelen en ook de nodige ontwikkelingen die de beroepsuitoefening raken. Voorzitter Bartjan Zoetmulder kijkt vooruit.
Wat speelt er allemaal?
‘Allereerst de Mandatory Disclosure-wetgeving: de consultatie daarover sluit op 1 februari. Uiteraard gaan we reageren. Dan krijgen we natuurlijk de eerste ervaringen met ATAD1. Daar verwachten we zeker wel wat hick-ups in de praktijk. Daarnaast zijn er de lopende discussies over MLI en conditionele bronheffingen en is er de wetgeving rond de fiscale eenheid – uitermate relevant voor een belangrijk deel van onze cliënten. En dan komt ook nog ATAD2 eraan; daarvan is de internetconsultatie op 10 december 2018 afgesloten. Het zijn allemaal regelingen met zowel fiscaaltechnische als beroepsmatige gevolgen.’
Dat zijn externe ontwikkelingen. Welke interne zaken vragen aandacht?
‘We willen opnieuw kijken naar onze Code of Conduct – ons Reglement Beroepsuitoefening. Vorig jaar heeft het bestuur daarin een belangrijke wijziging aangebracht: NOB-leden moeten bij hun advisering de maatschappelijke gevolgen van die advisering meenemen en ten minste met hun cliënten bespreken. Ik heb dat toen “een gedenkwaardige stap in de NOB-geschiedenis” genoemd – en dat vind ik nog steeds. Richting de ALV van 18 juni denken we als bestuur na over mogelijk additionele voorstellen. Het past in ons beleid om de positie van de belastingadviseur in het maatschappelijke en politieke speelveld permanent in de gaten te houden.’
Direct na je benoeming tot voorzitter op 21 juni 2018 ben je begonnen met brainstormsessies, waarin je met de voorzitters van de vaktechnische secties, de commissies en de kerngroepen een speerpuntenlijst voor de komende periode hebt opgesteld. Hoe staat het daar mee?
‘Die sessies hebben een heleboel ideeën opgeleverd, waarover we in het bestuur uitvoerig hebben gediscussieerd. We leggen de laatste hand aan de lijst met speerpunten; die is medio februari klaar. Daarbij kiezen we voor een aantal onderwerpen – die we maximale aandacht willen geven. In de top-drie staat in elk geval de fiscale-eenheidsproblematiek, maar ook rechtszekerheid en rechtsbescherming krijgen veel bijval. Op 14 februari neemt een NOB-delegatie deel aan overleg op MinFin over het nieuwe fiscale-eenheidsregime; we bereiden een gedegen presentatie voor.’
De NOB wil zich ook meer profileren richting midden- en kleinbedrijf?
‘Ja, ook dat is een prioriteit. De buitenwereld linkt de NOB nog steeds sterk aan de grote multinationals. Begrijpelijk gezien de aandacht voor internationalisering, maar daarmee worden we toch tekort gedaan. Een aanzienlijk deel van onze leden zet zich permanent in voor het MKB – waaronder natuurlijk veel familiebedrijven. In onze contacten met Financiën hebben we er vaak voor gepleit het MKB makkelijker toegang te geven tot vooroverleg met de overheid. Daar blijven we op hameren.’
Wordt er ook nog feest gevierd dit jaar?
‘Het jaarcongres staat geheel in het teken van het lustrum en de maatschappelijke rol van de NOB. We werken nog aan het programma. Dus in het kader van save the date: houd dinsdag 18 juni vrij. Locatie: Beatrix Theater Utrecht. Het wordt echt een mooie en feestelijke bijeenkomst.’