U bent hier
NOB-reactie op de internetconsulatie Herziening rulingpraktijk
De mogelijkheid om (door middel van een ruling) zekerheid vooraf te krijgen over de fiscale gevolgen van een specifiek feitenpatroon is naar de mening van de Nederlandse Orde van Belastingadviseurs (hierna: de Orde) van grote waarde voor belastingplichtigen en draagt dit bij aan een goed (fiscaal) vestigingsklimaat. De Orde is het daarom van harte eens met de opmerking van de staatssecretaris in zijn brief over de aanpak van belastingontwijking van 23 februari 2018 dat “de zekerheid vooraf die de Belastingdienst geeft over fiscale gevolgen van investeringen, het Nederlandse investeringsklimaat [versterkt].”
In algemene zin functioneert de (internationale) rulingpraktijk naar behoren, niet in de laatste plaats door de deskundigheid en professionaliteit van het rulingteam te Rotterdam waar een groot deel van de rulingpraktijk is belegd. De mogelijkheid om voorafgaande aan een investering of transactie in overleg te kunnen treden, past bovendien in een open transparante relatie tussen belastingplichtigen en Belastingdienst. Tegelijkertijd beseft de Orde dat maatschappelijke ontwikkelingen rechtvaardigen dat nog eens kritisch wordt gekeken naar enkele aspecten van het rulingbeleid.
In bijgevoegde brief geeft de Orde haar visie op de in het kader van de internetconsultatie opgeworpen vragen. Daarin is het uitgangspunt dat in beginsel alle belastingplichtigen in aanmerking moeten kunnen komen voor een ruling. De Orde realiseert zich dat er desalniettemin redenen kunnen zijn om de kring van belastingplichtigen die in aanmerking kunnen komen voor een ruling, te beperken en dat het uiteindelijk voor een belangrijk deel om politieke keuzes gaat.
Dit commentaar is tot stand gebracht door de Commissie Wetsvoorstellen, bestaande uit de NOB-leden drs. R.A. van der Jagt (voorzitter), prof. mr. J.W. Bellingwout, prof. mr. dr. A.C.P. Bobeldijk, mw. mr. P.C. van den Brink, drs. M.J.A.M. van Gijlswijk, de heer E.P. Hageman LLM, prof. dr. E.J.W. Heithuis, mw. prof. dr. S.J.C. Hemels, prof. dr. P. Kavelaars, prof. mr. dr. Q.W.J.C.H. Kok, drs. C. Overduin, drs. W.H. Peters, mr. M.H.C. Ruijschop, mr. E.B. van der Stok, mr. E.A. Visser, drs. M.M.G.A. Voets, mw. mr. B.E.M. den Boer (secretaris wetsuitvoering) en mr. P.A. Anthoni (secretaris wetgeving) met medewerking van NOB-leden mr. M. van der Breggen, mr. drs. B. Broen, mr. drs. S.D. Brunner, mr. M.A.M. van Casteren, mr. J.K.H. van Dam, drs. J.A. Dijkman, mr. P.M. Gerritsen van der Hoop, mr. M.J.M. Heijenrath, dr. C.S.J. Jie-A-Joen, mr. L.P. van den Kommer, drs. A.C. van der Linde, mr. J.R. van der Linden, mw. dr. C.L. van Lindonk, mr. P.W. van Meeuwen, mr. H.D. Oosterhoff, dhr. A. Russo LLM, dhr. D.P. Siero MSc, mr. R.A.M. Sinx, mr. D.E. van Sprundel, mr. F.C. Vinks.