U bent hier

NOB: Naast (h)erkenning is BVm gebaat bij toegang tot fiscale faciliteiten

12 mei 2021

De NOB staat achter het initiatief om een nieuw wettelijk verankerd label in het leven te roepen voor maatschappelijke ondernemingen dat bijdraagt aan de herkenning en erkenning van deze groep. De NOB acht het passend om voor de BVm uiteindelijk een zekere mate van fiscale faciliteiten open te stellen. Dat is weliswaar mogelijk binnen de huidige uitgangspunten van het fiscale systeem maar de NOB kan zich goed voorstellen dat de wetgever ervoor opteert dat dit vraagstuk een separaat traject doorloopt, bijvoorbeeld als onderdeel van een integrale herziening van het fiscale stelsel. 

Achtergrond 
Met de internetconsultatie Besloten vennootschap met een maatschappelijk doel (hierna: BVm) heeft de wetgever een start gemaakt met het ontwerp van een wettelijke regeling waarmee maatschappelijke ondernemingen (ook wel aangeduid als sociale ondernemingen) die toebehoren aan een besloten vennootschap worden erkend en herkend.  

Het consultatiedocument bevat geen concrete wettekst, maar een aanzet voor een wettelijke regeling voor de besloten vennootschap met een maatschappelijk doel (BVm). De aanzet bevat een aantal welomschreven kenmerken en contouren waaraan volgens de wetgever een wettelijke regeling voor de BVm zou moeten voldoen. 

De regeling beoogt het mogelijk te maken voor een BV om een BVm-status te verwerven. De m-status maakt duidelijk dat voor deze onderneming het sorteren van maatschappelijke impact boven het uitkeren van winst aan aandeelhouders gaat. 

In de aanzet vallen alleen maatschappelijke ondernemingen met de BV als rechtsvorm binnen het bereik van de BVm-wet. Dat betekent dat personenvennootschappen, maar ook andere rechtspersonen, zoals de coöperatie, vereniging of stichting geen maatschappelijk-label kunnen krijgen. 

Reactie NOB  op de internetconsultatie BVm 

De NOB waardeert de aanzet van de wetgever voor een wettelijke regeling om maatschappelijke onderneming te herkennen erkennen.  Een veelgehoorde vraag in dit verband is welke voordelen de BVm biedt, naast het faciliteren van erkenning en herkenning. Wanneer met de status van BVm voldoende is geborgd dat de betreffende ondernemer daadwerkelijk maatschappelijk onderneemt (en daarmee het maken van sociaal-maatschappelijke impact vooropstelt ten opzichte van het maken van winst), zou het binnen de huidige uitgangspunten van het fiscale systeem passend kunnen zijn om voor de BVm een zekere mate van fiscale faciliteiten open te stellen. Omdat het openstellen van fiscale faciliteiten voor de BVm verdere verdieping en in feite een operationele BVm vraagt, acht de NOB het goed denkbaar dat dit vraagstuk een separaat traject doorloopt, bijvoorbeeld als onderdeel van een integrale herziening van het fiscale stelsel. Daarmee wordt ook voorkomen dat opnieuw een lapje op de lappendeken aan het huidige fiscale systeem wordt toegevoegd en daarmee de complexiteit toeneemt. 

Daarnaast signaleert de NOB een aantal fiscale aspecten die nu al bij de verdere ontwikkeling van de regeling overweging verdienen: 

  • Handvatten bieden ter zake van de toepassing van het arm’s-lengthbeginsel; 
  • Verruiming van de giftenaftrek voor een BVm mogelijk maken; 
  • Expliciete overweging of een BVm deel kan uitmaken van een fiscale eenheid voor de vennootschapsbelasting; en 
  • Eventuele aanpassing (in de toepassing) van de gebruikelijkloonregeling voor een BVm. 

Dit commentaar is tot stand gebracht door de Commissie Wetsvoorstellen, bestaande uit de NOB-leden drs. R.A. van der Jagt (voorzitter), prof. mr. dr. A.C.P. Bobeldijk, drs. S.P. de Buck, mr. W.E.J. Dijkstra, mr. J.H. Elink Schuurman, drs. M.J.A.M. van Gijlswijk, E.P. Hageman LLM, prof. dr. mr. E.J.W. Heithuis, drs. J.M. Jonkers, prof. mr. dr. Q.W.J.C.H. Kok, mw. dr. mr.  N.M.A. van Kreveld, mw. dr. C.L. van Lindonk, prof. dr. mr. M.M.W.D. Merkx, dr. J.H.M. Nieuwenhuizen, drs. C. Overduin, drs. W.H. Peters, mr. M.H.C. Ruijschop, dr. J. van Strien, mr. M.J. Velthoven, mr. E.A. Visser, mr. L. van der Voort, R. van der Wilt LLM (secretaris wetsuitvoering), en mr. P.A. Anthoni (secretaris wetgeving) met medewerking van NOB-lid mw. mr. M. Tydeman-Yousef.