U bent hier
NOB-commentaar op Kamerbrief oplossingsrichtingen pensioen eigen beheer
De staatssecretaris van Financiën heeft op 17 december jl. een brief gestuurd aan de Tweede Kamer over oplossingsrichtingen voor het pensioen in eigen beheer. De Commissie Wetsvoorstellen van de NOB (hierna: de Orde) heeft op een eerdere brief van de staatssecretaris over dit dossier ook haar commentaar gegeven.[1]
Vanuit haar expertise biedt de Orde graag opnieuw haar commentaar aan, om zo bij te dragen aan een gedegen oplossing voor de problematiek rondom het pensioen in eigen beheer.
SAMENVATTING COMMENTAAR
Het commentaar van de Orde concentreert zich op de volgende drie speerpunten.
- Als een directeur-grootaandeelhouder een oudedagsvoorziening wil opbouwen, zijn er momenteel weinig reële alternatieven buiten het pensioen in eigen beheer. Uitfasering van het pensioen in eigen beheer kan ertoe leiden dat de directeur-grootaandeelhouder onvoldoende voor zijn oude dag spaart.
- De staatssecretaris heeft een fiscaal gefaciliteerde afkoopregeling voor ogen bij het uitfaseren van het pensioen in eigen beheer. De Orde heeft grote twijfels bij de effectiviteit van de beoogde afkoopregeling.
- De Orde is het met de staatssecretaris eens dat uitfasering van het pensioen in eigen beheer de voorkeur geniet boven het oudedagssparen in eigen beheer, als de uitfasering van het pensioen in eigen beheer ten minste op een juiste wijze wordt vormgegeven.
Dit commentaar is tot stand gebracht door de Commissie Wetsvoorstellen, bestaande uit de NOB-leden mr. M.V. Lambooij (voorzitter), prof. mr. J.W. Bellingwout, drs. M.J.A.M. van Gijlswijk, prof. dr. E.J.W. Heithuis, mw. prof. dr. S.J.C. Hemels, prof. dr. P. Kavelaars, prof. mr. dr. Q.W.J.C.H. Kok, drs. C. Overduin, drs. W.H. Peters, mr. M.H.C. Ruijschop, mr. E.B. van der Stok, prof. dr. J.L. van de Streek, mr. E.A. Visser, mw. mr. B.E.M. den Boer (secretaris wetsuitvoering) en mr. P.A. Anthoni (secretaris wetgeving) met medewerking van NOB-leden mr. B. Dieleman, drs. M.J. Hayes, drs. A.G. Jimmink, mr. drs. M.J. Oostenbroek, mr. dr. G.M.C.M. Staats, mr. dr. B. Starink en mr. C.H.M. Walschot.