U bent hier
NOB-commentaar op gewijzigde Spoedwet conditionele eindafrekening dividendbelasting
De Orde heeft met belangstelling kennisgenomen van de gewijzigde spoedwet conditionele eindafrekening dividendbelasting. Een aantal van de door de Orde gesignaleerde knelpunten en onduidelijkheden is door de initiatiefnemer ter harte genomen. Het valt de Orde echter op dat een groot aantal elementen van het initiële wetsvoorstel waartegen de Orde (principieel juridische) bezwaren heeft niet zijn weggenomen en dat bovendien een aantal nieuwe elementen in het gewijzigde wetsvoorstel is opgenomen waartegen de Orde eveneens principiële wetstechnische bezwaren van een dermate grote ernst heeft, dat de Orde het niet verantwoord acht het wetsvoorstel in de huidige vorm in te voeren.
De Orde adviseert om ook het gewijzigde wetsvoorstel en de gewijzigde memorie van toelichting ter advisering aan de Raad van State voor te leggen, zodat deze zich kan uitlaten over de juridische houdbaarheid en uitvoerbaarheid van de nieuwe en gewijzigde elementen van het voorstel. Voorbeelden van elementen van het initiële wetsvoorstel waartegen de Orde (principiële) bezwaren heeft en die niet, of slechts gedeeltelijk, zijn weggenomen zijn:
- de dubbele belastingheffing die optreedt en die kan leiden tot strijdigheid met belastingverdragen;
- de rechtsonzekerheid als gevolg van de terugwerkende kracht; en
- de strijdigheid met het VWEU, de EU-Fusierichtlijn en de EU-Moederdochterrichtlijn.
De nieuwe fundamentele bezwaren die het gewijzigde wetsvoorstel oproept zijn:
- de nieuw geïntroduceerde basisconceptie met territoriale component;
- de binnen- en buitenlandse juridische afdwingbaarheid van het privaatrechtelijke verhaalsrecht van de vennootschap op haar aandeelhouders;
- de afwezigheid van rechtsbescherming voor aandeelhouders jegens wie het verhaalrecht wordt uitgeoefend; en
- de wijze waarop bij de vaststelling van het bedrag van de eindafrekeningswinstuitdeling rekening wordt gehouden met verdragsaanspraken van aandeelhouders.
Dit commentaar is tot stand gebracht door de Commissie Wetsvoorstellen, bestaande uit de NOB-leden drs. R.A. van der Jagt (voorzitter), prof. mr. J.W. Bellingwout, prof. mr. dr. A.C.P. Bobeldijk, mr. W.E.J. Dijkstra, mr. J.H. Elink Schuurman, drs. M.J.A.M. van Gijlswijk, E.P. Hageman LLM, prof. dr. mr. E.J.W. Heithuis, mw. prof. dr. S.J.C. Hemels, drs. J.M. Jonkers, prof. mr. dr. Q.W.J.C.H. Kok, mw. dr. C.L. van Lindonk, prof. dr. mr. M.M.W.D. Merkx, dr. J.H.M. Nieuwenhuizen, drs. C. Overduin, drs. W.H. Peters, mr. M.H.C. Ruijschop, mr. E.B. van der Stok, mr. M.J. Velthoven, mr. E.A. Visser, mr. L. van der Voort, R. van der Wilt LLM (secretaris wetsuitvoering), mw. mr. B.E.M. den Boer (secretaris wetsuitvoering) en mr. P.A. Anthoni (secretaris wetgeving) met medewerking van de NOB-leden drs. B.J. Kiekebeld, prof. dr. mr. F.P.G. Pötgens en A.W. Ravelli LLM.